Goederenspoorcorridors

Changed
25/11/2022

Een vlot goederenvervoer is één van de grote economische uitdagingen voor België. Als exportland en belangrijke toegangspoort voor het wereldwijde handelsvervoer over zee in Europa, is België samen met zijn buurlanden afhankelijk van de handel en dus van het goederenvervoer om zijn economie in stand te houden. Vandaag verloopt dit vervoer hoofdzakelijk via de weg. Deze vervoerswijze brengt echter een aantal ongemakken met zich mee zoals files en verhoogde koolstofemissies. Daarom is het belangrijk alternatieven te vinden om de verwachte groei van het goederentrafiek te ondersteunen en de milieu-impact ervan te verminderen. 

Het vervoer per spoor is een alternatief. De trein moet een doeltreffende oplossing aanreiken voor het goederenvervoer door een geloofwaardig en betrouwbaar alternatief aan te bieden voor het wegvervoer, met meer flexibiliteit en een financieel voordeel voor de verlader. Deze oplossing vereist vereenvoudigde en geoptimaliseerde processen om de continuïteit van het goederenverkeer per spoor over de grenzen heen met dezelfde eenvoud als het wegverkeer te garanderen. Dit gebeurt vooral door gebruik te maken van goederencorridors, een geheel van spoorlijnen die de EU-staten doorkruisen. 

Wat is de rol van de Europese Unie in het goederenvervoer per spoor? 

De markt voor goederenvervoer per spoor werd in 2007 op EU-niveau volledig geliberaliseerd om de totstandkoming van een gemeenschappelijke en specifieke markt voor het Europese spoorgoederenvervoer te stimuleren. Het doel van deze markt is de kosten voor de toegang tot en de exploitatie van het goederenvervoer per spoor te verminderen. Deze doelstelling vereist dat ondernemingen met elkaar wedijveren, waardoor de markt concurrentiëler wordt ten opzichte van andere vervoerswijzen. 

In 2010 heeft de Europese Unie Verordening (EU) nr. 913/2010 voor concurrerend goederenvervoer aangenomen, waarbij een Europees spoorwegnet voor goederenvervoer per spoor wordt opgezet. De verordening moet de coördinatie en vereenvoudiging van de spoorwegoperaties op de Europese strategische economische assen bevorderen middels Europese spoorwegcorridors voor concurrerend goederenvervoer (hierna ‘goederencorridors’). 

In 2012 werd Richtlijn (EU) 2012/34 tot instelling van één Europese spoorwegruimte aangenomen. Deze richtlijn heeft tot doel het concurrentievermogen en de doeltreffendheid van het spoorwegsysteem in zijn geheel te verbeteren. 

Wat betekenen een spoorwegcorridors voor concurrerend goederenvervoer? 

De Europese goederencorridors, in het Engels Rail Freight Corridors of RFC’s, zijn ingesteld bij de Europese Verordening (EU) 913/2010 inzake het Europese spoorwegnet voor concurrerend goederenvervoer. 

Een goederencorridor wordt gedefinieerd als een geheel van spoorlijnen die het grondgebied van meerdere lidstaten van de Europese Unie doorkruisen. Deze lijnen verbinden ten minste twee terminals, ofwel tussen lidstaten onderling, ofwel tussen lidstaten en derde landen. 

Goederencorridors hebben tot doel de continuïteit van het goederenverkeer op strategische assen op Europees niveau te garanderen. De bestuursstructuren van deze corridors zorgen voor een betere benutting van de spoorweginfrastructuur op deze lijnen dankzij de coördinatie tussen de infrastructuurbeheerders van de betrokken netten. 

Welke corridors doorkruisen België? 

Sinds 2010 zijn in heel Europa 11 goederencorridors tot stand gebracht. Een schematische kaart van deze corridors is beschikbaar op de website van RailNetEurope

Drie goederencorridors, of RFC's, doorkruisen België: 

  • De RFC Rijn - Alpen: Zeebrugge / Gent / Antwerpen / Amsterdam / Vlissingen / Rotterdam / Duisburg / Bazel / Milaan / Genua. 
  • De RFC Noordzee - Middellandse Zee: Duinkerke / Rijsel / Luik / Parijs / Amsterdam / Rotterdam / Zeebrugge / Antwerpen / Luxemburg / Metz / Dijon / Lyon / Bazel / Genève / Marseille. 
  • De RFC Noordzee - Oostzee: Wilhelmshaven / Bremerhaven / Hamburg / Amsterdam / Rotterdam / Zeebrugge / Gent (Terneuzen) / Antwerpen – Aken – Hannover / Berlijn – Warschau – Terespol (grens Polen - Wit-Rusland) / Kaunas / Riga / Tallinn / Falkenberg / Praag / Wroclaw / Katowice / Medyka (grens Polen – Oekraïne). 

Hoe worden de goederencorridors gebruikt? 

Elke corridor heeft een loket opgezet (ook wel Corridor One-Stop Shop, of C-OSS genoemd). Dankzij dit loket kunnen de procedures voor spoorwegondernemingen die goederentreinen op de trajecten van de goederencorridors willen laten rijden, worden vereenvoudigd en vergemakkelijkt.  

Zodra de aanvraag is ontvangen, wijst het loket de spoorwegonderneming een internationaal treinpad toe op basis van de beschikbare capaciteit op het traject van de RFC in kwestie. Om een functioneel loket te hebben werken de infrastructuurbeheerders samen om efficiënte en geharmoniseerde internationale treinpaden zonder problemen bij de grens aan te bieden. 

Hoe zijn de goederencorridors georganiseerd? 

Elk van de goederencorridors wordt beheerd door: 

  • een raad van bestuur 
  • een beheersraad 
  • een permanent team 

De ministeries van vervoer en de infrastructuurbeheerders van de landen waar een goederencorridor doorheen loopt, nemen deel aan het beheer van deze corridors via respectievelijk de raden van bestuur en de beheersraden. 

De raad van bestuur: de belangrijkste rol van de FOD Mobiliteit en Vervoer 

De FOD Mobiliteit en Vervoer vertegenwoordigt België in de raad van bestuur van elke corridor die België doorkruist. Deze vertegenwoordigende rol wordt ook opgenomen door de andere ministeries van vervoer van de landen die lid zijn van de corridor. Deze raad van bestuur komt vier keer per jaar samen en heeft tot doel: 

  • de oriënteringen van de corridor te bepalen 
  • toezicht te houden op en steun te verlenen aan de werkzaamheden van de beheersraad 

De FOD Mobiliteit en Vervoer neemt het voorzitterschap van de raad van bestuur van de RFC Noordzee - Middellandse Zee waar. 

De beheersraad 

Infrabel is de entiteit die het Belgische spoorwegnet in de beheersraad vertegenwoordigt. De beheersraad heeft tot doel de organisatie van de corridors in goede banen te leiden. Zijn opdrachten zijn de volgende: 

  • toezien op de operationele kwaliteit van de corridors 
  • de interoperabiliteit (het vermogen van een systeem om ongehinderd met andere systemen samen te werken) van de spoorweginfrastructuur te verbeteren 

Het permanente team 

Het permanente team staat in voor het dagelijkse beheer van de corridor en de goede werking ervan. Het bestaat uit een directeur en zijn team. De leden van het permanente team worden gedetacheerd door de infrastructuurbeheerders van de corridors. 

De adviesraden: de andere rol van de FOD Mobiliteit en Vervoer 

De FOD Mobiliteit en Vervoer is aanwezig in de adviesraden van de goederencorridors, waarvan de ene uit spoorwegondernemingen en de andere uit terminals bestaat. Deze raden komen twee keer per jaar samen om: 

  • een advies uit te brengen over voorstellen van de beheersraad rond investeringen en terminalbeheer of over voorstellen die gevolgen hebben voor spoorwegondernemingen  
  • op eigen initiatief adviezen voor te stellen 

De FOD Mobiliteit vervult de rol van waarnemer tijdens deze vergaderingen.