Niet-geregelde Luchtdiensten

Changed
  • Niet-geregelde luchtdiensten zijn commerciële luchtdiensten die over het algemeen uitgevoerd worden met een chartercontract; vaak zijn het ad-hoc-vluchten of seizoensgebonden vluchten.

    Communautaire luchtvaartmaatschappijen, met inbegrip van luchtvaartmaatschappijen uit IJsland, Noorwegen en Zwitserland, hebben het recht om zonder aanvraag intracommunautaire niet-geregelde luchtdiensten te exploiteren in toepassing van Verordening (EG) nr. 1008/2008. Het directoraat-generaal Luchtvaart (DGLV) vraagt de maatschappijen wel om hierover via mail op de hoogte gebracht te worden.

    Aanvraag

    Een aanvraag voor trafiekrechten voor niet-geregelde commerciële vluchten moet tijdig ingediend worden door:

    • communautaire luchtvaartmaatschappijen die extra-communautaire luchtdiensten van, via of naar België exploiteren;
    • niet-communautaire luchtvaartmaatschappijen die luchtdiensten van, via of naar België exploiteren.

    Trafiekrechten worden aangevraagd door de luchtvaartmaatschappij die de vlucht wenst uit te voeren. Bij wetlease operaties (ACMI agreement) vraagt de huurder (lessee) de trafiekrechten aan.

    De aanvraag gebeurt via Form A, minimum 3 werkdagen voor de datum van de vlucht (zaterdag, zondag en officiële Belgische feestdagen zijn geen werkdagen).

    Voor de aanvraag van verkeersrechten bij het DGLV heeft een luchtvaartmaatschappij een geldige EASA TCO vergunning nodig. Meer info vindt u op de website van EASA.

    1. Non-objectie

      Toelichtingen met betrekking tot de non-objectionprocedure

      • Intracommunautaire vluchten uitgevoerd door communautaire luchtvaartmaatschappijen of luchtvaartmaatschappijen uit IJsland, Zwitserland of Noorwegen zijn vrijgesteld van verkeersrechten en dus ook van non-objectionverzoeken.
      • Een non-objection moet enkel worden aangevraagd in het geval van een niet-geregelde vlucht onder de 5e of 7e vrijheidsrechten, uitgevoerd door een niet-communautaire luchtvaartmaatschappij (luchtvaartmaatschappijen uit IJsland, Zwitserland en Noorwegen worden als communautair beschouwd).
      • In toepassing van de multilaterale luchtvervoersovereenkomst tussen de VS en de EU en haar Lidstaten, moeten Amerikaanse luchtvaartmaatschappijen geen non-objectie aanvragen in het geval van een vlucht uitgevoerd in de 5de vrijheid. Voor vluchten van de 7de vrijheid is een non-objectie-aanvraag wel vereist.
      • In toepassing van de multilaterale luchtvervoersovereenkomst tussen Qatar en de EU en haar Lidstaten, moeten Qatarese luchtvaartmaatschappijen geen non-objectie aanvragen in het geval van een vlucht uitgevoerd in de 5de vrijheid met als bestemming een luchthaven in Noord-, Midden- en Zuid-Amerika. Voor alle andere 5de vrijheidsvluchten en vluchten in de 7de vrijheid is een non-objectie-aanvraag wel vereist.
      • Onder Belgische luchtvaartmaatschappijen worden verstaan: luchtvaartmaatschappijen met een Belgische exploitatievergunning en communautaire maatschappijen die in België zijn gevestigd.
      • Niet-communautaire luchtvaartmaatschappijen mogen op een route (het gedeelte dat in 5de of 7de vrijheid wordt gevlogen) die regelmatig wordt geëxploiteerd door een Belgische luchtvaartmaatschappij, maximaal drie niet-geregelde vluchten (onderworpen aan de procedure van non-objection) per maand en per maatschappij uitvoeren. Deze beperking geldt afzonderlijk voor vrachtvluchten en passagiersvluchten.
      • Voor routes die niet regelmatig door Belgische luchtvaartmaatschappijen worden bediend, geldt geen maximum. Wel zal strikter worden gecontroleerd op het niet-geregelde karakter van deze aanvragen. Zodra er een frequentie van meer dan 6 maanden wordt vastgesteld, zal de aanvraag als een geregelde vlucht worden beschouwd.
      • Uitzondering: dringende aanvragen, met name in het geval van sanitaire of humanitaire operaties.

      De aanvraagprocedure

      1. De aanvraag voor een niet-geregelde vlucht moet minstens drie werkdagen vóór de geplande datum van de vlucht worden ingediend, met behulp van het Form A (zaterdagen, zondagen en officiële Belgische feestdagen worden niet als werkdagen beschouwd).
      2. Indien nodig moet gelijktijdig met de aanvraag een verzoek tot non-objection worden verstuurd naar de betrokken Belgische luchtvaartmaatschappijen (zoals vermeld in Form A) via e-mail. Deze e-mail moet alle nodige informatie bevatten om bezwaar mogelijk te maken, en minstens de volgende gegevens:
        • Datum van de vlucht
        • Route
        • Vrachttonnage en aard (met specifieke vermelding van DG indien van toepassing) / aantal passagiers
        • Namen van alle charterers/opdrachtgevers
        • Type vliegtuig

          Het e-mailadres traffic.rights@mobilit.fgov.be moet in deze communicatie in cc worden opgenomen. 
          De chartercontracten moeten in een aparte e-mail aan de BCAA worden bezorgd.
      3. Belgische luchtvaartmaatschappijen beschikken over een termijn van 48 uur (2 werkdagen) om te reageren op een aanvraag tot non-objection.
        In geval van bezwaar moet de Belgische luchtvaartmaatschappij de DGTA informeren over het luchtvaartuig dat gepland is om de vlucht uit te voeren (inclusief de registratie), en een bewijs leveren, gebaseerd op een systeem dat aantoont dat een vliegtuig op deze route actief is of beschikbaar is op de geplande datum. Indien de Belgische luchtvaartmaatschappij niet in staat is haar capaciteit om de vlucht uit te voeren aan te tonen, zal met het bezwaar geen rekening worden gehouden.
      4. In geval van bezwaar moeten Belgische luchtvaartmaatschappijen, gelijktijdig met het bezwaar, een aanbod sturen aan de aanvrager en/of de charteraar, met in cc het e-mailadres traffic.rights@mobilit.fgov.be.
        Indien geen aanbod wordt ingediend binnen de 48 uur na ontvangst van de aanvraag tot non-objection, zal het bezwaar niet in overweging worden genomen. De aanvrager moet de naam/namen van de charteraars meedelen aan de Belgische luchtvaartmaatschappijen. Het aanbod moet worden overgemaakt aan de luchtvaartmaatschappij die de vlucht aanvraagt en/of aan de betrokken charteraars.
      5. De charteraar/de luchtvaartmaatschappij is vrij om het door de Belgische luchtvaartmaatschappij ingediende aanbod te aanvaarden of te weigeren, met opgave van reden. De charteraar/de luchtvaartmaatschappij dient binnen 24 uur/1 werkdag na ontvangst van het aanbod zijn/haar standpunt meedelen. Bij het uitblijven van een reactie vanwege de charteraar/de luchtvaartmaatschappij blijft het bezwaar geldig.
      6. In geval van weigering van het aanbod moet de Belgische luchtvaartmaatschappij haar bezwaar intrekken en de DGTA hiervan op de hoogte brengen, waarna de verkeersrechten voor de oorspronkelijk aangevraagde vlucht kunnen worden toegekend.
        De aanvrager/de charteraar kan ook zelf het bewijs van de weigering van het aanbod aan de DGTA bezorgen, wat eveneens leidt tot de toekenning van de verkeersrechten.
    2. Block Permit

      In geval van niet-geregelde vluchten uitgevoerd in derde en vierde vrijheid, kan een niet-communautaire luchtvaartmaatschappij ervoor opteren om een block permit aan te vragen. Deze kan aangevraagd worden voor zowel passagiers- als cargovluchten (geen beperkingen op capaciteit of maximum startgewicht) en heeft een geldigheid van ten hoogste 6 maanden. De aanvraag gebeurt via het ‘Application Form E’, ten laatste 5 werkdagen voor de gewenste aanvangsdatum (zaterdag, zondag en officiële Belgische feestdagen zijn geen werkdagen). De niet-communautaire luchtvaartmaatschappij brengt ten laatste bij het indienen van de vraag tot verlenging van de block permit het DGLV op de hoogte van de vluchten die uitgevoerd werden onder de permit.

      Opgelet: een block permit kan alleen aangevraagd worden door luchtvaartmaatschappijen met een AOC en exploitatievergunning afgeleverd door landen die eveneens block permits uitreiken. Momenteel is dat enkel het geval voor het Verenigd Koninkrijk.

    3. Paris Agreement

      Vluchten uitgevoerd onder de Multilaterale Overeenkomst van Parijs (1956)

      België is één van de ondertekenaars van de Multilaterale Overeenkomst voor de commerciële rechten van niet-geregelde luchtdiensten in Europa uit 1956, het zogenoemde “Paris Agreement”. Bepaalde vluchten die uitgevoerd worden door vliegtuigen die toebehoren aan een luchtvaartmaatschappij die een exploitatievergunning en een AOC heeft die afgeven zijn door de luchtvaartautoriteiten van één van de ondertekenende partijen, en die uitgevoerd worden op een route waarbij alle punten gelegen zijn op het grondgebied van één van de ondertekenende partijen, mogen uitgevoerd worden mits een voorafgaande kennisgave aan het DGLV samen met het ter beschikking stellen van de nodige bewijsstukken omtrent de aard van de vlucht.

      Volgende types vluchten komen in aanmerking:

      • Humanitaire vluchten en noodvluchten;
      • Taxivluchten uitgevoerd door een vliegtuig met een maximale capaciteit van 6 passagiers en waarbij de klant de bestemming vrij kiest;
      • Vluchten waarvan de volledige capaciteit (cargo of passagiers) is gehuurd door één persoon of entiteit;
      • Occasionele vluchten, waarbij hoogstens één keer per maand dezelfde route gevlogen wordt;
      • Volvrachtervluchten;
      • Vluchten naar bestemmingen die niet door geregelde vluchten bediend worden.

      Bij elke aanvraag moet het DGLV haar goedkeuring geven via mail en elke aanvraag moet de volgende elementen bevatten:

      • de gewenste route;
      • de datum van de vlucht;
      • de vliegtuigen die gebruikt kunnen worden;
      • documentatie die bewijst dat de vlucht valt onder de soorten vlucht toegestaan door het Paris Agreement.

      De voorafgaande kennisgeving van bovenstaande vluchten dient bij voorkeur drie werkdagen voor de uitvoering van de vlucht te gebeuren via e-mail (zaterdag, zondag en officiële Belgische feestdagen zijn geen werkdagen).

      Ondertekenaars van het Paris Agreement:

      • België
      • Denemarken
      • Duitsland
      • Estland
      • Finland
      • Frankrijk
      • Hongarije
      • IJsland
      • Ierland
      • Italië
      • Kroatië
      • Luxemburg
      • Moldavië
      • Monaco
      • Nederland (Enkel van toepassing op Europese gebieden)
      • Noorwegen
      • Oostenrijk
      • Portugal (Enkel van toepassing op Europese gebieden, Madeira en Azores)
      • San Marino
      • Servië
      • Spanje
      • Turkije
      • Verenigd Koninkrijk (Enkel van toepassing op Engeland, Isle of Man, Kanaaleilanden, Noord-Ierland, Schotland en Wales)
      • Zweden
      • Zwitserland
  • Ferryvluchten en technische landingen

    Ferryvluchten zijn vluchten die leeg in België toekomen en/of leeg uit België vertrekken. Ze hebben geen betalende passagiers en/of cargo aan boord.

    Technische landingen zijn landingen waarbij geen passagiers in- of uitstappen noch enige cargo in- of uitgeladen wordt, tenzij dit om veiligheidsredenen vereist is. Bijvoorbeeld landingen om bij te tanken, een bemanningswissel door te voeren of om de bemanning de reglementair voorgeschreven rustperiodes te gunnen.

    Burgerluchtvaartuigen met een registratie in een staat die de onderstaande overeenkomsten heeft ondertekend, mogen zonder speciale toelating ferryvluchten van/naar België of technische landingen op Belgisch grondgebied uitvoeren:

    • de Overeenkomst over de Internationale Burgerlijke Luchtvaart, (art.5 voor niet geregelde vluchten);
    • de Overeenkomst over de doortocht van internationale luchtdiensten (Transit-overeenkomst voor geregelde luchtdiensten)

    Andere burgerluchtvaartuigen moeten ten minste 3 werkdagen vóór de dag van de vlucht de toelating vragen via ‘Application Form A’.  Zaterdag, zondag en officiële Belgische feestdagen zijn geen werkdagen.

    Opgelet

    We herinneren u eraan dat elk vliegtuig dat landt op een Belgische luchthaven met militair materieel aan boord de vereiste toestemming moet hebben van de bevoegde Belgische autoriteiten. Zonder deze toestemming(en) zal het vliegtuig het materieel moeten uitladen alvorens te mogen vertrekken. Overeenkomstig artikel 29 van de wet van 27 juni 1937, die de wet van 16 november 1919 op de luchtvaartnavigatie wijzigt, kan het materieel in beslag worden genomen.

    We remind you that any aircraft landing at a Belgian airport carrying military equipment must have the required authorisation from the relevant Belgian authorities. Without such authorisation(s), the aircraft will be required to unload the equipment before being allowed to depart. According to Article 29 of the Law of 27 June 1937, which amends the Law of 16 November 1919 on air navigation regulation, the equipment can be confiscated.

    Voor het vervoer van gevaarlijke goederen en/of wapens is een afzonderlijke machtiging nodig: ‘Application for permission to carry dangerous goods and/or arms Form B’.

    In geval van het vervoer van gevaarlijke goederen en/of wapens, kunnen verkeersrechten pas verleend worden ná de goedkeuring door de bevoegde dienst van het DGLV. U kan de dienst “Gevaarlijke goederen” contacteren via BCAA.DangerousGoods@mobilit.fgov.be

    Meer informatie over het vervoer van gevaarlijke goederen en/of wapens vindt op deze pagina.

    Contact

    traffic.rights@mobilit.fgov.be

    Openingsuren: elke werkdag van 9.00 tot en met 17.00 uur lokale tijd.